Skip to main content

Olga de Wit, Revalidatiearts

“Het kunnen participeren en dus deelnemen van de cliënt aan het arbeidsproces, is voor mij als revalidatiearts een centrale pijler van waaruit ik het succes van herstel van de cliënt en ons aanbod aanschouw. Participatie (met en zonder beperkingen) heeft een wisselwerking met een veelheid aan aspecten (waaronder identiteit, vertrouwen in eigen kunnen, bijdrage leveren, verbonden zijn) die van belang zijn voor het functioneren van ons als mens in het systeem waarin we leven. Het doel van deelname danwel het deelnemen aan het arbeidsproces vormt in mijn opinie dan ook een uitstekende stip op de horizon. Welke route en aanpak daarbij passend is, is telkens weer de vraag. Het is een uitdagend proces, niet alleen voor de cliënt, maar ook voor ons multidisciplinaire team om vanuit de verschillende perspectieven het vertrouwen te krijgen van cliënt en op het juiste moment ruimte te nemen om een bijdrage te leveren, waardoor er weer vooruitgang kan worden bewerkstelligd.

Als revalidatiearts is het zeer waardevol om klachten te kunnen duiden en geruststelling te kunnen brengen door te differentiëren tussen klachten en stoornissen op basis van medische kennis en klinische ervaring. Het geeft daarbij een uitstekende mogelijkheid om de gedachte van herstelmogelijkheden te delen met cliënten. De beoordeling en discussie door een team – bestaande uit een drieluik van professionals werkzaam op mentaal, fysiek en arbeidsgebied – op een dag (of in kort tijdsbestek) maakt dat er zorgvuldigheid wordt geboden en verbetert de kwaliteit van het (behandel)advies. Arbeid heeft een groot netwerk en is daarbij rijk aan een grote diversiteit aan mogelijkheden (niet/wel commercieel, expertise etc). Dit vergemakkelijkt het om tot een passend advies te komen in de ketenzorg, over de schotten heen (o.a. 1ste lijn, GGZ). De snelle terugkoppeling van een (behandel)advies, ook als het extern is, geeft meerwaarde voor zowel cliënt (goed gezien en gehoord), maar ook voor opdrachtgever (hoe verder).

Indien cliënten in behandeling komen is er tussentijds contact met het team en/of cliënt ter evaluatie, waarbij er altijd sturingsmogelijkheid is, waar nodig. Aan het eind van de behandeling vindt er een afsluitend gesprek plaats, waarin er mogelijkheid is terug te kijken naar de bewandelde route en vooruit te kijken naar wat er komen gaat. Waarbij ik als revalidatiearts graag beluister wat er van de aangereikte psycho-educatie is opgepakt en hoe deze wordt toegepast.

Cliënten bedanken me vaak voor alle passende ondersteuning en nieuwe inzichten in eigen cognities en gedragspatronen verkregen vanuit het gehele behandelteam, waarbij ze vaak alle therapeuten apart benoemen. De (h)erkenning vanuit het team en de andere collega cliënten normaliseert en verbindt. Het gevoel dat wordt omschreven is er een van succes binnen eigen mogelijkheden en hervonden eigenaarschap van hun eigen leven. Uiteraard is er ook passende spanning vooruitkijkend naar de route in het vooruitschiet, waarbij de gevulde rugzak met alle handvaten/tools meestal voldoende vertrouwen biedt dat de vervolgroute weer zelfstandig kan worden opgepakt.”